Wat hebben de steden Málaga, Sevilla, Almería, Granada en Jerez met elkaar gemeen? Alle vijf steden liggen in de Spaanse regio Andalusië, zijn prachtig om te bezoeken en zijn allemaal te bereiken vanaf zowel Amsterdam als Brussel Airport. Voeg daar nog Córdoba, Gibraltar en Cadiz aan toe en je hebt de acht benodigde ingrediënten voor een onvergetelijke city-to-citytrip.
De Route
Je kunt alle acht steden eigenlijk alleen bezoeken als je een week of twee de tijd hebt. Toch is Andalusië ook voor een stedentrip of een korte city-to-citytrip een perfecte bestemming. Alle steden liggen op relatief korte afstand van elkaar en met vijf vliegvelden in de omgeving is deze unieke Spaanse regio erg goed bereikbaar.
Onze route neemt je mee langs alle acht steden, maar hier kun je naar wens dus steden uit weglaten. Of aan toevoegen, want ook Huelva, Ronda, Jaén en Puerto de Sante Maria zijn prachtige, authentieke plaatsen die je eigenlijk niet mag missen.
Maar goed, de reis begint, en wel in Málaga. Vanuit Amsterdam, Rotterdam, Eindhoven, Maastricht, Brussel, Charleroi en een aantal Duitse vliegvelden vlieg je hier in zo’n 3 uur naartoe. De finish ligt 883 kilometer verderop, in Almería, vanwaar je weer in het vliegtuig naar Amsterdam, Brussel, Charleroi of dezelfde Duitse vliegvelden kunt stappen.
(A) Málaga, (B) Gibraltar, (C) Cádiz, (D) Jerez, (E) Sevilla, (F) Córdoba, (G) Granada, (H) Almeria
Málaga
Ingesloten tussen de bergen van Axarquia, twee rivieren en de Middellandse Zee ligt Málaga. Maar als je denkt dat dit een slaapstadje is, heb je het mis. Met ruim 500.000 inwoners is het bruisende Málaga namelijk de vijfde stad van Spanje.
De Kathedraal van Málaga, het Arabische fort Alcázaba en het bisschoppelijk paleis zijn slechts enkele van de bezienswaardigheden in deze 3.000 jaar oude stad. Als geboortestad van Pablo Picasso vind je hier ook een museum dat volledig aan deze kunstenaar is gewijd.
De kans op goed weer is hier zo ongeveer het grootste van heel Europa. In de afgelopen 100 jaar vroor het hier slechts eenmaal. In 2005 daalde het kwik tot -0,1 graad Celcius.
De zon gaat onder in Málaga, boven Ajuntamiento, Alcázaba en Gibralfaro, via Vittorio Sciosia
Gibraltar (137 km)
Vanuit Málaga rijd je in minder dan anderhalf uur naar een stukje Groot Brittannië in Spanje. Gibraltar, dat vroeger een zeer strategische plek in Europa was, is namelijk een Brits overzees territorium.
Het kan soms even duren voordat je de douane gepasseerd bent, maar eenmaal ‘binnen’ merk je meteen dat je Spanje hebt verlaten. De 30.000 inwoners spreken voornamelijk Engels en ook de wegbewijzering is in het Engels, maar men rijdt hier gelukkig rechts.
Belangrijkste toeristische attracties zijn de Rots van Gibraltar, enkele overblijfselen uit de tijd dat de Moren hier regeerden en natuurreservaat Upper Rock.
Gibraltar (links) vanaf de Rots, met Spanje op de achtergrond, via Luciphoto
Cádiz (141 km)
Na een rit van ongeveer anderhalf uur verruil je de kust van de Middellandse Zee voor de Golf van Cádiz, wat het begin van de Atlantische Oceaan is. Hier vind je één van de mooiste oude steden van Europa.
De sfeer in Cádiz verschilt op veel vlakken met de sfeer in de eerste twee steden. Cádiz wordt ook wel het Havana van Europa genoemd. Niet vreemd dus dat de Cubaanse hoofdstad nauwe banden heeft met de Andalusische havenstad.
Bezoek tijdens je verblijf de haven en de verdedigingswerken in de stad. Genieten van de lokale specialiteiten kan in de buurt van één van de vele plaza’s of vlakbij het strand La Playa de la Victoria.
Wit en aardetinten bepalen het straatbeeld van Cádiz, via Andrew Jack
Jerez de la Frontera (39 km)
Vlakbij Cádiz ligt Jerez de la Frontera, dat vooral bekend is door het gelijknamige racecircuit. In deze stad, waar in een half jaar minder regen valt dan bij ons in een gemiddelde herfstmaand, is echter veel meer te doen dan enkel racen.
De Alcazar, diverse kerken en kathedralen en een paleis zijn slechts enkele van de overblijfselen uit de lange geschiedenis van de stad. Daarnaast is Jerez de stad van sherry en flamenco. Dansen en drinken staat dus verplicht op je to-do lijst bij een bezoek aan deze stad en dat is absoluut geen straf.
In Jerez krijgen sherryvaten een eigen standbeeld, via Luis Pineda
Sevilla (90 km)
Eén van de zustersteden van Jerez ligt 90 kilometer noordelijker. Sevilla is met ruim 700.000 inwoners de grootste stad van Andalusië. Een flitsbezoek aan Sevilla is door de vele bezienswaardigheden bijna onmogelijk.
Nadat je overdag hebt doorgebracht in één van de vele prachtige musea of in de winkelstraten, duik je ’s avonds het nachtleven in. Dat men in Andalusië van doorzakken houdt, ervaar je het beste in Sevilla, waar in barretjes alcoholische versnaperingen en het ontbijt moeiteloos achter elkaar aan worden geserveerd.
De centrale ligging binnen Andalusië heeft ervoor gezorgd dat de keuken van Sevilla het beste uit de omgeving biedt. Visgerechten uit Cadiz en Huelva, olijfolie uit Jaen, sherry uit Jerez en andere lokale specialiteiten staan in vrijwel ieder restaurantje in Sevilla op de menukaart.
Het bekendste plein in Sevilla, Plaza de España, via Francois de Nodrest
Córdoba (143 km)
Een rit van opnieuw zo’n anderhalf uur brengt je richting de binnenlanden van Andalusië. Met een gemiddelde temperatuur van 36,2 graden in juli is dit officieel de warmste stad van Europa.
De geschiedenis van Córdoba is enorm indrukwekkend. De stad werd zo’n 2.500 jaar geleden gesticht, om uit te groeien tot de hoofdstad van het Zuid-Spaanse Romeinse Rijk ten tijde van Julius Caesar. In en rond de stad zijn nog erg veel overblijfselen uit deze periode te vinden. Onder meer een Romeinse brug, een mausoleum, een tempel en vele relikwieën in het archaeologisch museum herinneren nog aan de stichters van de stad.
In de 10e eeuw was Córdoba zelfs uitgegroeid tot de grootste stad ter wereld. Uit deze tijd, toen de Moren over grote delen van Afrika en Zuid-Europa heersten, stamt ook de bekendste trekpleister van de stad. De Mezquita, een religieus gebouw waarin elementen van zowel een kathedraal als van een moskee zitten, staat samen met de rest van het historische centrum op UNESCO’s lijst met Werelderfgoederen.
De ideale taxi in het oude centrum van Córdoba, via Luca Terracciano
Granada (165 km)
Je wilt eigenlijk niet doorreizen, maar de tocht gaat verder. Gelukkig legt ongeveer 2 uur richting het oosten nóg een prachtige stad. Deze stad aan de voet van het Sierra Nevadagebergte wordt niet voor niets de Moorse parel genoemd.
Granada is één van de belangrijkste studentensteden van Spanje en dit is terug te zien in het nachtleven. Vrijwel dagelijks trekken de studenten van de campus richting één van de vele parken, of naar de wijk Bib-Rambla, waar de meeste bars en restaurants te vinden zijn.
Een bezoek aan het Alhambra, dat Arabisch is voor ‘het rode paleis’, moet verplicht op je lijstje staan. Boek dit echter wel vóór je vertrekt, vanwege een toeristenquotum dat is ingesteld door UNESCO. Zij probeert zo het unieke karakter van dit enorme 14e eeuwse complex te bewaken. Ook de Kathedraal van Granada, die tot de grootste kathedralen ter wereld behoort, is prachtig om te zien.
Het sierlijke Alhambra in contrast met de ruige Sierra Nevada, via Ingrid Marquez
Almería (161 km)
Vanuit Granada rijd je in minder dan twee uur terug naar de Middellandse Zee, waar havenstad Almería de laatste stad op de route is.
Net als in de andere Andalusische steden, hebben de Moren ook in Almería hun sporen achtergelaten. Meest in het oog springend is La Alcazaba, een middeleeuws fort dat vanaf een heuvel over de stad uitkijkt. Ook het prehistorisch museum en het oudheidsmuseum vertellen veel over de geschiedenis van de stad.
Vlakbij Almería kun je ook de voormalige filmset van een echte klassieker bezoeken. In het woeste landschap van de nabijgelegen Tabernaswoestijn, de enige woestijn in Europa, werd ooit The Good, the Bad and the Ugly opgenomen.
De haven van Almería, met daarboven de Alcazaba, via Jesus Quiles Galindo